45 Het alleenrecht op verdriet

Het verdriet bij ons thuis, had aan mijn moeder toebehoord. Zij had de zware, grote mensen variant en ik de dwarrelende van het kind.
Mijn moeder genoot van mijn ‘traantjes’, want die kon ze dan lachend wegkussen en vervolgens uit de voegen van haar liefde barsten. Haar bevrijding gedelegeerd naar de ogen van haar kind.
Op den duur huilde ik niet meer. Ik voelde de overmacht van het zinloze en legde me daarbij neer. Verdriet was voor mama en van mama. Als zij dat toonde, mocht ik niet in haar buurt komen. De enige die het mandaat had om te troosten, was zij.

...
Verder lezen?

Deze roman in wording, is alleen beschikbaar voor betalende leden. Klik op de button hieronder om lid te worden als je dat nog niet bent, of op 'inloggen' als je al wel lid bent.
inloggen

Uit: 

usercrossmenuchevron-down