Gedicht 9
buiteling maakt plaats voor ongenoegen
de warmte draait nu zelf en schudt zich los
verstoten is hij blind verrast op pad
getunneld naar ontsloten armpjes vast
het ruisen van de moederzee is weg
nieuwe klanken hoekig in zijn oor als
bootjes zonder water bungelend in
de wind en dan het mes in hun verbond
en uit de streng onzichtbaar de harpoen
voorbij de lampen tegels en fatsoen
schiet de doodzoeker aan zijn volgzaam koord
en treft een datum ongehoord waarna
de lange klim begint met meters door
een haastig oog de nieuwe buitenling